28 mei 2021 – De coalitiepartijen GroenLinks en STIP verwachten dat het Delflandplein alleen veiliger wordt met minder auto’s en fietsen en niet met eenrichtingsverkeer voor fietsers zoals het college voorstelt. Hun coalitiegenoten D66, VVD en PvdA zeiden in de vergadering van de commissie Ruimte en Verkeer op donderdag 27 mei dat zij zich wel in grote lijnen in dat voornemen kunnen vinden.
De commissie besprak de brief van het college over de resultaten van een aanvullend onderzoek om de verkeersveiligheid op de rotonde tussen de Voorhofdreef en de Papsouwselaan te verbeteren. Op basis van dat onderzoek wil het college op korte termijn eenrichtingsverkeer op het Delflandplein invoeren en een veilige fietsoversteek aanleggen op de Papsouwselaan-Mercuriusweg en op de lange termijn kijken naar alternatieve routes voor het fietsverkeer.
De vertegenwoordiger van de Fietsersbond zei in zijn inspreekminuten dat hij meer aandacht voor die alternatieve routes had verwacht in het onderzoek en dat die routes er ook moeten komen om het op het Delflandplein veiliger te maken. Eenrichtingsverkeer gaat volgens de Fietsersbond niet werken, omdat fietsers tegen het verkeer in blijven rijden met alle gevolgen en ongelukken van dien.
De fracties van SP en ChristenUnie spraken over een goede oplossing, waarbij de SP wethouder Martina Huijsmans complimenteerde dat ze met een beperkt budget een goed voorstel had gemaakt. De ChristenUnie stelde dat fietsers de nieuwe route op de rotonde moeten leren en dat dienstbare handhaving daarbij kan helpen. D66 was eveneens positief, maar benadrukte ook dat de definitieve verkeersmaatregelen, zoals het versmallen voor de Voorhofdreef niet vergeten mogen worden.
GroenLinks zette vraagtekens bij het onderzoek en kwam tot de conclusie dat het plein vooral erg onoverzichtelijk is. Het voornemen om eenrichtingsverkeer voor fietsers in te voeren druist volgens GroenLinks ook in tegen de ambitie om voetgangers en fietsers op één te zetten. Volgens GroenLinks wordt het voor fietsers nu ze moeten omrijden een stuk minder aantrekkelijk.
De kritiek van GroenLinks werd door het CDA omschreven als “een beetje Doutzen Kroes die het in het coronadebat beter weet dan de deskundigen”. Het CDA zei de lijn van de wethouder te steunen en ook de VVD sprak haar steun uit voor de eenrichtingsmaatregel. En net als Hart voor Delft kon ook Onafhankelijk Delft zich vinden in de plannen van het college.
STIP kon dat niet. Die fractie sprak over “de meest onvriendelijke oplossing voor fietsers”. STIP zei ook niet overtuigd te zijn dat met eenrichtingsverkeer de verkeersveiligheid verbeterd. Dat lukt in de visie van STIP alleen wanneer het aantal auto’s en fietsers wordt teruggedrongen, de autosnelheid wordt verlaagd, drempels worden gelegd en auto’s en fietsers elkaar niet meer tegenkomen. Pas daarna zou het invoeren van eenrichtingverkeer een optie kunnen zijn. De volgorde van die aanpak past volgens STIP ook beter in de Delftse visie op mobiliteit.
De PvdA zei de oplossing van het college te kunnen billijken en sprak over een flinke stap vooruit. Ook de PvdA zei alternatieve fietsroutes te willen bekijken, maar vroeg zich af of daar wel geld voor is.
Dat geld is er volgens wethouder Huijsmans voorlopig niet. Vandaar dat het college koos voor een paar snelle oplossingen die voor minder ongelukken moeten zorgen op het Delflandplein. Ze ging uitvoerig in op de resultaten uit het onderzoek en sprak de verwachting uit dat de maatregelen de rotonde een stuk veiliger gaan maken. Alternatieve routes kunnen volgens de wethouder de komende vijf tot tien jaar niet worden aangelegd, omdat de gemeente er het geld niet voor heeft. Wel wordt er werk gemaakt van de fietsroute via de Vulcanusweg zodra de bouwwerkzaamheden daar achter de rug zijn.
GroenLinks kondigde een tegenoplossing aan in de vorm van een motie en ook STIP zei een motie te overwegen. Dat betekent dat de gemeenteraad in de vergadering op donderdag 17 juni hierover verder praat.
Energiestrategie
De Regionale Energiestrategie 1.0 (RES) is in de commissie door alle fracties positief ontvangen. De RES 1.0 is een dikke stapel papier, waarop de 23 gemeenten in de regio, vier waterschappen, de provincie en de netbeheerder hun visie geven op het halen van de (inter)nationale CO2- en energiedoelen. In de strategie staan nog geen concrete plannen.
Een woordvoerder van JongRES Nederland benadrukte bij de commissie als inspreker het belang om jongeren bij het uitwerken en uitvoeren van die plannen te betrekken omdat het gaat over hun toekomst. JongRES Nederland zet zich landelijk in om de stem van die toekomst mee te laten klinken in de Regionale Energiestrategieën.
Nagenoeg alle fracties steunden het pleidooi van JongRES en Hart voor Delft deed er een schepje bovenop door ook te wijzen op de ouderen die betrokken moeten worden. Daarnaast was er bij de fracties veel aandacht voor de vertaling van de visie naar concrete plannen. PvdA, ChristenUnie, Hart voor Delft en GroenLinks noemden het creëren van draagvlak bij bewoners cruciaal en ze wezen daarnaast op de betaalbaarheid van de energietransitie. STIP zei blij te zijn met de strategie en sprak over de noodzaak om snel aan de slag te gaan om de doelstellingen in 2030 te kunnen halen.
D66 ondersteunde het pleidooi van JongRES en de VVD wilde van wethouder Stephan Brandligt onder meer weten in hoeverre de RES bindend is. Volgens het CDA is het goed om jongeren te betrekken, omdat zij in de toekomst de hoofdprijs betalen. De SP concludeerde dat dit onderwerp zo in de commissie is besproken dat die fractie niks nieuws had gehoord.
Wethouder Brandligt ging vooral in op het vervolg, want na RES 1.0 komt er ook een tweede, en een derde en weer volgende versie van de RES. Per gebied wordt een uitvoeringsagenda opgesteld en lokaal gaan gemeenten aan de slag met bijvoorbeeld zoals in Delft de aanleg van een warmtenet. Ook de wethouder zei het belangrijk te vinden dat jongeren en de bewoners van Delft nauw worden betrokken bij de uitvoeringsplannen. Hij liet de VVD weten dat de strategie op zich niet bindend is, maar regionale en lokale overheden zijn wel gebonden aan de plannen die ze gaan vaststellen.
De wethouder sprak met het oog op betaalbaarheid ook de hoop uit dat het rijk met een nationaal programma isoleren komt met daarbij de nodige financiële middelen. STIP liet weten een motie te gaan voorbereiden over het betrekken van jongeren en D66 zei het voorstel mee terug te nemen naar de fractie met het oog op regionale inbreng. De RES 1.0 komt daardoor in de raadsvergadering op 17 juni terug als bespreekonderwerp.
Nota Groen
Bij de bespreking van de afdoening van de moties en de evaluatie van de Nota Groen benadrukten alle fracties het belang van groen in de stad. Hart voor Delft vroeg daarbij aandacht voor de relatie tussen groen en leefbaarheid, omdat ‘gewone’ Delftenaren ook waarde hechten aan het plantsoen tussen twee flatgebouwen.
GroenLinks deelde de visie van het college om geen nieuwe groennota op te stellen, maar de bestaande nota te actualiseren en in lijn te brengen met de omgevingsvisie en meer werk te maken van participatie. GroenLinks deelde daarbij de 30 groenideeën uit de stad die de fractie de afgelopen tijd had verzameld in gesprekken met bewoners. GroenLinks drong bij wethouder Huijsmans aan op een meer concrete uitvoering en op een heldere agenda. Geld mag daarbij volgens GroenLinks geen probleem zijn. Vergroening hoeft niet altijd veel te kosten, maar er zou volgens GroenLinks ook extra geld voor opzij gezet kunnen worden in een fonds voor vergroening. STIP kon zich daarbij aansluiten.
Ook andere fracties, waaronder CDA en ChristenUnie, wezen op initiatieven van bewoners om zelf aan de slag te gaan met het groener maken van hun straat. Wethouder Huijsmans liet weten dat bij de actualisering van de Nota Groen zeker gekeken wordt naar het betrekken van bewoners maar ze wees er ook op dat er al veel gebeurt, bijvoorbeeld via de scholen en De Papaver. Daarnaast wees ze de commissie op de werkelijkheid dat Delft geen grote reserves heeft voor groen en dat werk maken van groen om extra budget vraagt.
Rondvraag
De rondvraag van Hart voor Delft had betrekking op de Reinier de Graafweg waar bewoners hun zij- en slaapkamerramen niet vervangen zien worden, omdat dat na tussentijdse geluidsmetingen niet nodig zou zijn. Volgens Hart voor Delft waren de bewoners niet ingelicht over dat tussentijdse onderzoek. Wethouder Huijsmans sprak over een aanvulling op eerder geluidsonderzoek waarbij tot aan de gevels van de huizen werd gemeten. In het aanvullende onderzoek werd ook in de slaapkamers gemeten. Volgens de wethouder is er geen sprake van een aanpassing van eerder onderzoek of van eerdere besluiten.
Parkeren Delft
De commissie had eerder op de avond besloten om de bespreking van de jaarrekening 2020 en de meerjarenbegroting 2021-2024 van Parkeren Delft B.V. door te schuiven naar de commissievergadering op donderdag 1 juli.