Commissie positief over inkoopstrategie regionale jeugdhulp

13 juni 2025 – In de oordeelsvormende vergadering van de commissie Sociaal Domein en Wonen is op donderdag 12 juni door de fracties in grote lijnen positief gereageerd op het voorstel Inkoopstrategie doorontwikkeling regionale jeugdhulp 2027. De nieuwe contractafspraken met jeugdhulpaanbieders moeten per 1 januari 2027 leiden tot behoud van kwaliteit en meer innovatie in de jeugdzorg, meer efficiënte hulp voor minder geld en meer grip en sturing voor de negen gemeenten in Haaglanden die deze zorg gezamenlijk inkopen.

De regiogemeenten, waaronder Delft, hebben met deze strategie ook een heel ander systeem van jeugdhulp voor ogen. Door de hulp in te delen in verschillenden segmenten, in verschillende soorten jeugdhulp, hopen de gemeenten onder meer grip te krijgen op de kosten, de wachtlijsten te verkorten en de juiste zorg te bieden afgestemd op de vraag.

In het voortraject kregen de fracties al een hoop informatie over deze nieuwe inkoopstrategie. Toch kreeg wethouder Joëlle Gooijer veel technische vragen van onder meer GroenLinks over de toekomstige uitvoering en hoe de gemeenteraad kan bijsturen als dat tussentijds nodig is. Ook D66 zei belang te hechten aan het tijdig informeren van de gemeenteraad. Beiden fracties lieten weten blij te zijn met de nieuwe richting en de betrokkenheid van jongeren en ouders bij het bepalen van de inkoopkaders.

Preventie

Het CDA constateerde dat vier jaar geleden in Delft één op de acht jongeren een vorm van jeugdhulp kreeg en dat dat nu gestegen is tot één op de zeven jongeren is. Wat het CDA betreft moet de inzet gericht zijn op preventie en normaliseren om te voorkomen dat jongeren te snel te zware hulp krijgen. Een van de beoogde segmenten is de jeugdhulp in de scholen. Hart voor Delft sprak de zorg uit dat die hulp in de knel kan komen als het rijk bezuinigt op het onderwijs.

Ook de PvdA zei tevreden te zijn dat jongeren, ouders en ervaringsdeskundigen hun stem konden laten horen bij het opstellen van deze strategie. De fractie waarschuwde ervoor dat een indeling in verschillende soorten jeugdhulp niet moet leiden tot meer bureaucratie voor de hulpaanbieders en de gemeenten. Daarnaast vroeg de PvdA aan wethouder Gooijer om ook goed onderzoek te doen naar de kwaliteit van de aanbieders.

Bezuinigingen

De SP wees de commissie op de aangenomen motie van de Tweede Kamerfractie van de SP om de voorgenomen bezuinigingen in de jeugdhulp te schrappen. Net als andere fracties liet de ChristenUnie weten blij te zijn met de inbreng van jongeren en ouders. Als het aan de ChristenUnie ligt moet de aankoopstrategie geen bezuiniging zijn, maar zorgen voor jeugdhulp die kwalitatief goed is, aansluit op de vraag en dichtbij beschikbaar is. Om te voorkomen dat meer jongeren jeugdhulp nodig hebben, is volgens STIP, inzetten op preventie essentieel. STIP pleitte daarnaast voor duidelijk doordachte meetpunten.

Volt zette een vraagteken bij de term liefdevolle jeugdhulp. De fractie wilde van de wethouder weten hoe dat begrip gemeten kan worden. Daarnaast sprak Volt waardering uit voor de nauwere betrokkenheid van ervaringsdeskundigen in de jeugdhulp. Onafhankelijk Delft zei de stijgende vraag naar jeugdhulp zorgelijk te vinden, te meer omdat volgens die fractie niet altijd duidelijk is welke rol de opvoeding speelt in het probleemgedrag van jongeren. Onafhankelijk Delft wil dat de jeugdhulp meer controleerbaar, meer betaalbaar en meer lokaal wordt. De stijgende vraag naar jeugdhulp moet, in de ogen van de VVD, in lijn met het kabinetsbeleid worden omgebogen. Dat beleid wil dat er vanaf 2028 maximaal één op de tien jongeren jeugdhulp krijgen.

Raadsinformatiebrief

Wethouder Gooijer legde onder meer uit dat ouders en jongeren onder liefdevolle hulp verstaan dat ze hulp krijgen van dezelfde begeleider en dat ze worden betrokken bij workshops. De wethouder verzekerde de commissie dat ze de gemeenteraad via de halfjaarlijkse Raadsinformatiebrief Jeugd op de hoogte houdt en dat de raad op elk moment kan ingrijpen als de raad dat nodig acht. Het onzekere financiële vooruitzicht dat het Rijk biedt, is volgens wethouder Gooijer, voldoende reden om ook via de VNG, zelf en andere organisaties de druk op het kabinet hoog te houden. De wethouder lichtte ook toe dat de meetbare doelen waar diverse fracties om vroegen, ook zijn terug te vinden in de visie op de jeugdhulp en in de monitoring.

Geen van de fracties zag na dit debat aanleiding om in de komende raadsvergadering een motie in te dienen. Dat betekent dat de gemeenteraad het voorstel Inkoopstrategie doorontwikkeling regionale jeugdhulp 2027 in de vergadering op donderdag 19 juni als hamerstuk vaststelt.

Prestatieafspraken

Jaarlijks kijkt de gemeente in de Evaluatie Prestatieafspraken 2024 terug op de afspraken die de grote woningcorporaties die werkzaam zijn in Delft (DUWO, Stedelink, Vidomes en Woonbron) en de vier huurdersraden van deze corporaties met elkaar maakten. Veel ging er goed volgens de evaluatie, er ging ook wat zaken minder goed en nadrukkelijk meer aandacht is nodig voor nieuwbouw van (studenten)woningen, het tempo van nieuwbouw en een actueel overzicht om bij te sturen op meer betaalbaar en sociale huur.

D66 en ChristenUnie zetten vraagtekens bij de noodzaak van deze bespreking. Volgens de ChristenUnie konden de fracties ook volstaan met het terugkijken van het debat over de prestatieafspraken in 2024. Toch voelden veel fracties de behoeften om juist te benoemen wat er in hun ogen niet goed gaat of beter kan in de sociale verhuur. De SP zei concrete cijfers in de evaluatie te missen en het onbegrijpelijk te vinden dat parkeerruimte voor steeds groter wordende auto’s de ruimte voor nieuwbouw in de weg zit. GroenLinks riep wethouder Karin Schrederhof op sociale huurders in hun kracht te zetten. Huurders weten, volgens GroenLinks, niet bij wie ze moeten zijn als ze hun eigen leefomgeving willen onderhouden en verbeteren.

Omslag

Hart voor Delft zei het opvallend te vinden dat er heel veel overleg tussen de gemeente en de corporaties is geweest, maar dat niet duidelijk is wat de resultaten zijn. Huurders die last van vocht of schimmel hebben, krijgen volgens Hart voor Delft nog te vaak alleen een folder of te horen dat hun eigen schuld is. Hart voor Delft pleitte voor een omslag van minder praten en meer doen. Onafhankelijk Delft las in de evaluatie veel goede bedoelingen en veel traagheid, vaagheid en gebrek aan. Huurders merken volgens Onafhankelijk Delft te weinig van de schimmelaanpak en de sociale voorraad moet geen opvangplek voor doelgroepen zijn.

De CDA-fractie vroeg andermaal aandacht voor de positie van gezinnen in de sociale- huurmarkt. Door te bouwen voor deze doelgroep moet er wat het CDA betreft een slinger aan de doorstroming worden gegeven. Meer zeggenschap voor bewoners moet volgens Volt concreter worden gemaakt in de prestatieafspraken. Dat niet alles goed gaat, komt volgens de PvdA, vooral door het gebrek aan geld bij de woningcorporaties. Het Rijk moet voor structureel meer geld zorgen. De PvdA zei blij te zijn dat de pilot waarbij woningen worden verloot onder jongeren wordt voortgezet.

Urgentie

Voor de VVD blijft de aanpak van vocht en schimmel een punt van zorg. Die problematiek verdient volgens de VVD blijvende urgentie. Ook vroeg de VVD aandacht voor het beter benutten van de bestaande woningvoorraad. STIP prees de wethouder met de inzet van de energiehulpen, de seniorenmakelaar en de pilot met de loting voor starters.

Wethouder Schrederhof kondigde aan dat ze opmerkingen van de fracties meeneemt in het gesprek dat ze volgende week met de corporaties heeft. Verder lichtte ze onder meer toe dat het bouwen van nieuwe woningen een zaak is van lange adem en dat de meest recente cijfers die binnenkort naar de raad komen, aantonen dat de seniorenmakelaar een positief effect heeft op de doorstroming op de Delftse woningmarkt.

Omdat er geen moties werden aangekondigd, komt dit onderwerp niet terug op de agenda van de komende raadsvergadering.

Kijk de commissievergadering terug