3 december 2021 – In de oordeelsvormende vergadering van de commissie Ruimte en Verkeer is op donderdag 2 december overwegend positief gereageerd op het voorstel Warmteplan Delft 2021. Dit plan is een eerste versie van de visie op het aardgasvrij maken van alle gebouwen in Delft. In 2050 moet dat gerealiseerd zijn.
Twee insprekers namens belangenvereniging TU Noord en het Platform Energietransitie Delft spraken hun waardering uit over de totstandkoming van het voorstel, waarbij veel bewoners waren betrokken. De vertegenwoordiger van TU Noord wees erop dat die grote betrokkenheid niet direct geldt voor de uitvoering van het plan. In het voorstel staat dat voor elk van de dertien buurten in Delft een apart uitvoeringsplan wordt gemaakt. Als de raad het warmteplan heeft vastgesteld wordt met bewoners in de eerste buurt dat uitvoeringsplan gemaakt en het jaar daarop is de volgende buurt aan de beurt. De inspreker rekende voor dat volgens die werkwijze tot 2030 20% van de Delftse gezinnen weet waar ze aan toen zijn. De inspreker die namens het platform energietransitie zijn zegje deed riep de gemeente op om de verbinding met bewoners en in de uitvoering de verbinding met derden te zoeken. Ook pleitte hij voor een duidelijke organisatie en een helder proces.
GroenLinks constateerde dat de brede participatie heeft geleid tot een goed rapport. De fractie stelde onder meer dat daarmee een eerste slag is gemaakt. GroenLinks drong er bij wethouder Stephan Brandligt op aan om met een overzichtelijke planning te komen en om ook aandacht te schenken aan de overige 80% van de Delftenaren die niet in de eerste wijken wonen die aardgasvrij worden. Voor die groep kan het volgens GroenLinks ook belangrijk zijn om te gaan besparen.
Als het aan STIP ligt, gaat de gemeente vaart maken met het aardgasvrij maken van de stad. Hoewel er geen geld voor is, zou de gemeente volgens STIP nu al moeten beginnen met het maken van een isolatieplan. Hoe eerder een huis verduurzaamd is, hoe groter volgens STIP de resultaten zijn. De fractie riep de landelijke partijen in de commissie op om in Den Haag bij hun partijgenoten ‘knaken voor taken’ te vragen. STIP zei het lastig te vinden dat op dit moment niet duidelijk is of het Rijk vanaf 2023 met geld over de brug komt. STIP zou ook liever zien dat de lange-termijn-doelstelling voor 2050 wordt verschoven naar 2040 om zo het tempo te vergroten.
Ook D66 was positief over het voorstel. Die fractie stelde tevreden vast dat de gemeente eerst de wijken aanpakt waar de mensen met de hoogste energierekeningen wonen. D66 liet weten de suggestie van STIP te steunen om de ambities voor 2050 eerder te realiseren. Een prachtig stuk papier, zo omschreef de VVD het Warmteplan Delft, om eraan te voegen dat er nauwelijks geld is om het uit te voeren. Naast de betaalbaarheid zette de VVD ook vraagtekens bij het draagvlak in de wijken en het wooncomfort in de toekomst.
De CDA-fractie liet weten in grote lijnen met het warmteplan in te stemmen. Ook die fractie noemde betaalbaarheid een belangrijk aandachtspunt. Daarnaast deelde het CDA zijn zorgen over de mogelijke geluidsoverlast door warmtepompen en de vraag wie de kosten betaalt als er grote investeringen nodig zijn in een forse uitbreiding van het elektriciteitsnetwerk. De SP verwacht spannende tijden, omdat er nog zoveel onduidelijk is over de financiën. SP zou graag zien dat de gemeente woningen die al aardgasvrij zijn gaat monitoren om te zien of de toegepaste veranderingen verbeteringen zijn.
Volgens de PvdA is er veel werk aan de winkel. De PvdA maakte duidelijk dat het warmteplan eigenlijk nog geen plan is, maar een visie die flexibel moet zijn. De concrete plannen moeten nog uitgewerkt worden en wat de PvdA betreft is het dan logisch om te beginnen met isolatie. Ook energiearmoede vraagt volgens de PvdA voortdurend aandacht. De ChristenUnie had het eveneens over isolatie en wees op het nationaal isolatiemanifest dat die partij samen met onder meer CDA en GroenLinks heeft opgesteld. Dat manifest zou volgens de ChristenUnie lokaal vertaald kunnen worden. Hart voor Delft liet als enige partij weten geen voorstander te zijn van het warmteplan. Die fractie vindt dat er nog te veel vraagtekens staan achter de haalbaarheid, betaalbaarheid en het realistische gehalte van het plan.
Wethouder Brandligt verzekerde de insprekers en de commissie dat bewoners, ondernemers en andere partners in de stad betrokken blijven bij het opstellen van de wijkuitvoeringsplannen. Hij wil onder meer de samenwerking met bewonersverenigingen voortzetten en met hen in gesprek blijven. De wethouder wees ook op een digitale kaart die in de loop van 2022 gereed moet zijn, waarop elke bewoner kan zien hoe zijn huis aardgasvrij gemaakt kan worden. Voor het opstellen van een isolatieplan en uitvoeringsplannen na 2022 zei de wethouder afhankelijk te zijn van het Rijk. Hij sprak de hoop uit dat daar meer duidelijkheid over komt zodra er een nieuw kabinet is.
De wethouder zei er geen voorstander van te zijn om de doelstellingen van 2050 naar 2040 te schuiven. Volgens Brandligt wordt de grootste winst in de eerste tien jaar gepakt. Hij liet de CDA-fractie weten dat er volgend jaar een onderzoek komt naar warmtepompen, waarin ook de geluidsoverlast wordt meegenomen. Hij deelde de zorgen van fracties over de betaalbaarheid en ook daarover verwacht de wethouder een uitspraak van het nieuwe kabinet.
STIP, CDA, ChristenUnie en Hart voor Delft zeiden het voorstel mee terug te nemen naar hun fracties. STIP en Hart voor Delft lieten weten moties te overwegen en het CDA noemde dit onderwerp te groot om in de raad als hamerstuk af te doen. Dat betekent dat dit voorstel op de bespreekagenda van de raadsvergadering van donderdag 16 december komt te staan.
Warmtenet
Nagenoeg alle partijen in de commissie reageerden donderdagavond ook positief op het voorstel Bijdrage Fonds Delft 2040 voor Futureproof realisatie Open Warmtenet Delft. Een van de sleutelprojecten om Delft aardgasvrij te maken, is volgens het college de aanleg van het Open Warmtenet Delft.
De realisatie van een geothermiebron op de campus van de TU Delft en aanleg van de WarmtelinQ met warmte van de Rotterdamse haven zouden er in de toekomst voor kunnen zorgen dat ongeveer 5000 corporatiewoningen in de wijken Buitenhof en Voorhof duurzaam worden verwarmd.
Om nog meer gebouwen op het warmtenet aan te sluiten zijn dikkere leidingen nodig. Het college stelt voor om daarvoor ruim 3,7 miljoen euro te onttrekken uit het Fonds Delft 2040. Dat bedrag moet over een periode van 32 jaar teruggestort worden in het fonds.
Het CDA constateerde dat die periode de bestaansduur van het fonds overstijgt en stelde voor om het geleende geld terug te storten in de algemene reserve van de gemeente. Een voorstel dat ook door andere fracties, waaronder de ChristenUnie en Hart voor Delft werd gesteund. De SP zei niet tegen het voorstel te zijn, maar maakte wel duidelijk bezorgd te zijn over de aansluitkosten die bewoners moeten betalen als ze aangesloten willen worden op het Warmtenet.
De PvdA liet weten dat duurzame investeringen op de steun van die partij kunnen rekenen. Ook de ChristenUnie zei akkoord te kunnen gaan met het voorstel, net als Hart voor Delft, GroenLinks, STIP en D66. De VVD liet zich kritisch uit over mogelijke meerkosten, de onbekende besparing aan CO2-uitstoot en het mogelijke realiseren van geen open warmtenet met een onafhankelijk beheerder.
Wethouder Brandligt liet de SP weten nog geen inschatting te kunnen maken van de aansluitbijdrage die bewoners moeten betalen. De suggestie van het CDA om de bijna 3,8 miljoen terug te laten storten in de algemene reserve wees de wethouder van de hand, omdat dat volgens hem tegen de regels zou ingaan van het Fonds Delft 2040. Daarover is afgesproken dat geld uit het fonds terugkomt in het fonds.
Het CDA zei aan het eind van het debat het voorstel mee terug te nemen naar de fractie om eventueel in de komende raadsvergadering een motie in te dienen. De SP is dat eveneens van plan en ook de VVD liet weten het voorstel nog in de fractie te willen bespreken.
De Staal
Nagenoeg alle fracties spraken met lovende woorden over het voorstel Bestemmingsplan De Staal. Dit plan voor de oude gemeentewerf en omgeving maakt de bouw mogelijk van maximaal 346 woningen en 6350 vierkante meter bedrijfsruimte.
Opvallend in het plan is een circa 75 meter hoge woontoren die op de hoek van de Oostpoortweg en de afrit van de A13 gaat dienen als een markante entree naar de stad. Het ontwerp voor de wijk van ontwikkelaar Novaform kon net als het plan op veel steun in de commissie rekenen. Alleen de SP sprak over een spuuglelijke toren. De overige fracties waren positief over de schetsen voor de nieuwe wijk, waarin naast middeldure en dure ook zorgwoningen zijn opgenomen. Waardering in de commissie was er ook voor het uitgebreide participatietraject dat vooraf ging aan het bestemmingsplan. Geen van de fracties kondigde een motie aan, zodat de raad dit voorstel in de vergadering op 16 december als hamerstuk kan vaststellen.
Rioleringsplan
Het debat over het voorstel Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Delft 2022-2026 spitste zich door de inbreng van onder andere de VVD-fractie toe op de fikse stijging van de rioolheffing. De gemeente moet elke vier jaar een rioleringsplan maken, waarin niet alleen staat hoe het riool de komende jaren wordt onderhouden, maar ook hoe wordt omgegaan met afvalwaterzorgplicht, de hemelwaterzorgplicht en de grondwaterzorgplicht. De VVD wilde van wethouder Martina Huijsmans weten hoe het kan dat de rioolheffing de komende jaren met 12,9% stijgt. De VVD zei zich zorgen te maken dat door die stijging van de woonlasten meer mensen een beroep doen op kwijtschelding. Die kwijtschelding zou volgens de VVD niet via de rioolheffing, maar via het armoedebeleid verrekend moeten worden.
Ook het CDA stond stil bij de kosten en dan met name over de verdeling tussen wat een eigenaar betaalt en wat een gebruiker betaalt. Die fractie rekende voor dat een eigenaar vier keer zoveel betaalt. De ChristenUnie vroeg zich af of de noodzakelijke klimaatadaptieve maatregelen doorberekend moeten worden in de rioolheffing en of projectontwikkelaars bij stadsontwikkelingen niet meer kunnen bijbetalen. Ook Hart voor Delft wees op de klimaatadaptieve maatregelen die volgens die fractie nog onvoldoende in beeld zijn.
De SP noemde de fikse stijging van de rioolheffing niet normaal. Volgens die fractie is het onrechtvaardig dat bewoners die water besparen dat niet op hun rekening terugzien. Zij gaan net zo goed meer betalen en zien het tarief pas na 2037 weer dalen. STIP wilde van de wethouder weten of er in bestemmingsplannen aanvullende regels opgenomen kunnen worden over de opvang van water. D66, PvdA en GroenLinks spraken over een mooi plan.
Wethouder Huijsmans lichtte uitgebreid toe waarom het zo ingewikkeld is om de kosten zo gelijk mogelijk te verdelen. De stijging komt volgens haar niet helemaal onverwacht, omdat de riolering in sommige delen van de stad aan vervanging toe is en dat brengt hoge kosten met zich mee. De discussie over de hoogte van de rioolheffing en hoe de kwijtschelding geregeld zou moeten worden had de raad volgens haar bij de vaststelling van de begroting moeten voeren.
Hart voor Delft, VVD, SP, CDA en STIP lieten weten dat ze het voorstel mee terugnemen naar hun fractie. Eventuele moties kunnen de fracties indienen bij de bespreking van het voorstel in de raadsvergadering op donderdag 16 december.