Blijvende verdeeldheid over toekomst Theater de Veste

15 november 2024 – Politiek is soms net theater. Het debat in de commissie Economie, Financiën en Bestuur leek op donderdag 14 november een mengeling van drama, met wat mysterie, een tikkeltje thriller en een beetje blijspel. Dat was niet zo vreemd, want de commissie besprak net als in mei van dit jaar de toekomst van Theater de Veste.

Het nog geen 30 jaar oude theatergebouw heeft zijn beste tijd gehad. Het heeft bouwkundige gebreken; is bovendien niet goed toegankelijk én het binnenklimaat is aan verbetering toe. Het college liet diverse scenario’s onderzoeken, van niks doen, tot renoveren en nieuwbouw met als resultaat het voorstel Toekomst Theater de Veste.

Dit voorstel stuurde het college dit voorjaar naar de raad met de vraag om akkoord te gaan met het voorkeursscenario: volledige nieuwbouw op een toekomstige plek in of in de buurt van de binnenstad van Delft. In dit scenario krijgt het theater een grote zaal met 800 plaatsen en een multifunctionele zaal met vlakke vloer voor de kleinere optredens. Tevens worden de toegankelijkheid en het binnenklimaat verbeterd.

Het voorstel riep in mei, tijdens en na het debat in de commissie, zoveel vragen op dat het college het voorstel introk en niet door de gemeenteraad liet vaststellen. Wethouder Frank van Vliet beloofde de raad met meer informatie te komen en dat deed hij in de vorm van een uitgebreide brief. Daarin wordt de raad uitgelegd dat de komende jaren verder gewerkt wordt aan een financiële strategie voor zowel het investeringsbedrag als de dekking van de structurele lasten voor nieuwbouw. Vanaf 2028 gaat het college dan bekijken of de nadere verkenning voor het project nieuwbouw Theater de Veste opgestart kan worden.

De toegevoegde brief leverde donderdagavond net zoveel vragen op als het eerder ingetrokken voorstel; het voorstel dat donderdagavond ongewijzigd weer op de agenda stond. Dat zorgde in het proceduredeel van de vergadering tot verwarring bij verschillende fracties. De VVD wilde het ongewijzigde voorstel liever helemaal niet bespreken, omdat er nog geen financiële strategie is. De PvdA wilde de brief én het voorstel bespreken en de ChristenUnie voelde er meer voor om wel over de brief, maar niet over het voorstel te debatteren. Wat volgde in het overlegdeel van de vergadering was een ingewikkeld debat over het proces, verwachtingen, wensen en financiële zorgen.

In het eerste bedrijf maakte de VVD duidelijk eerst een financiële strategie te willen zien, alvorens een uitspraak te kunnen doen over het toekomstscenario voor Theater de Veste. De VVD wil scenario’s voor een financiële strategie; hoe gaan we aan geld komen en wat moeten wij daar voor doen en laten. De fractie pleitte voor een bij Delft passend stadstheater. 

Net als in mei zei de PvdA het voorstel van het college te steunen. De PvdA vindt dat een financiële strategie nodig is om te bekijken hoe voor nieuwbouw van het theater de gemeente 80 miljoen euro bij elkaar kan sprokkelen. Renoveren van het nog geen 30 jaar oude gebouw zit de PvdA niet zitten. Weggegooid geld. De fractie wil het huidige theater in stand houden door alleen het broodnodige te doen. Werken aan een financiële strategie is volgens de PvdA een eerste stap op weg naar nieuwbouw.

Coalitiepartij D66 volgde die redenering niet. D66 wil pas een besluit over de toekomst van het theater nemen als het college een haalbare financiële strategie heeft uitgewerkt. Doormodderen in twijfel, noemde de PvdA dat. D66 sprak over een degelijk realistisch besluit.

Ook de CDA-fractie zei zorgen te hebben over de financiële haalbaarheid van nieuwbouw. Delft heeft nul geld gereserveerd voor een nieuw theater en net als vijf maanden geleden wees het CDA de commissie op de omringende gemeenten waar Delftenaren ook naar het theater kunnen. Ga in gesprek met Rijswijk, opperde het CDA, of ga met de TU praten over een congreslocatie die ook dienst kan doen als theater.

De ChristenUnie had vooral veel vragen over hoe het college de financiële strategie gaat uitwerken. Wat de ChristenUnie betreft, wordt daarbij niet alleen naar nieuwbouw gekeken, maar wordt met alle mogelijke scenario’s rekening gehouden en worden geen onomkeerbare besluiten van de raad gevraagd. Volt omschreef het debat als een lastig gesprek met een hoog kip-ei gehalte. Daarnaast uitte Volt zorgen over de exploitatie van een nieuw theater die na een miljoeneninvestering voor nieuwbouw onvoldoende is om zonder subsidie van de gemeente te blijven draaien. Volt vreest dat een nieuw theater de gemeente heel veel geld blijft kosten.

Onafhankelijk Delft zou liever een nieuw zwembad, dan een nieuw theater in Delft zien. Maar als er een nieuw theater moet komen, moet dat op een goed bereikbare plek in een gebouw met meerdere functies, stelde die fractie. Onafhankelijk Delft adviseerde de wethouder eerst te kijken of er geld is en daarna te kijken wat er te koop is. GroenLinks sprak net als vijf maanden eerder over een helder voorstel, maar ook over een complex besluit,waarbij het geld niet voor het oprapen ligt.   

Hart voor Delft liet weten het een goed idee te vinden om uit te kijken naar een nieuw theater, maar de fractie wil zich daar niet op vastleggen en alle opties openhouden.

Net als in mei zou STIP liever vandaag dan morgen een nieuw theater in Delft zien, maar de fractie concludeerde zelf al dat dat niet haalbaar is. De partij steunt daarom het plan van het college om over vier jaar te beginnen met de verkennende fase. De SP onderstreepte het belang van cultuur voor de stad en het belang van een raadsbesluit, omdat zonder die uitspraak van de raad het theater zelf niet op zoek kan naar geld.

Na de pauze sprak wethouder Van Vliet in het tweede bedrijf van het debat de hoop uit dat de raad instemt met het voorkeursscenario om financieel te gaan verkennen of een nieuw theater in Delft haalbaar is. Hij legde uit dat het college in maart 2025 de financiële strategie klaar heeft, maar dat de raad in elke volgende fase kan bepalen of de gemeente wel of niet verder moet gaan op weg naar een nieuw theater. Over alle vragen die werden gesteld, antwoordde de wethouder dat dat nu juist de vragen zijn die meegenomen moeten worden in een financiële strategie.

In de slotakte lieten D66, Volt en ChristenUnie weten dit onderwerp voor intern beraad mee terug te nemen naar hun fracties. CDA en VVD kondigden aan dat ze in de raadsvergadering op dinsdag 3 december amendementen en moties willen indienen.

Insprekers

In het voorprogramma van deze avond traden oud-raadslid Aad Meuleman en Westerpop-organisator René Steijger als insprekers op. Dat deden ze allebei over een onderwerp dat niet op de agenda stond van de commissievergadering.

Meuleman deelde met de commissie zijn ongenoegen over de in zijn ogen sturende digitale enquête over het warmtenet die hij net als andere bewoners van Voorhof en Buitenhof had ontvangen. De bewoners werd via meerkeuzevragen om hun mening gevraagd. Meuleman gaf zijn mening en kreeg als reactie dat hij zijn antwoorden moest aanpassen. Schijnparticipatie, zei Meuleman. Hij pleitte voor zuivere participatie, waarbij het college geen onjuiste verwachtingen wekt en pas conclusies trekt na afloop van een onderzoek.

Na de begrotingsdebatten herinnerde René Steijger de commissie eraan dat Westerpop voor de derde achtervolgende donderdag onderwerp van gesprek was in de raadszaal. Een trilogie die geen gelukkig eind lijkt te hebben. Steijger wees andermaal op het gebrek aan contact met de gemeente en dat de aangenomen motie om Westerpop en andere evenementen te helpen, het tweejaarlijkse gratis festival niet redt en dat hij er wel klaar mee was. Na 35 jaar is het einde oefening, verklaarde Steijger en hij zei theatraal geen behoefte te hebben om nog verdere vragen van fracties te beantwoorden.

Presentatie

De commissie werd in deze vergadering ook uitgebreid bijgepraat over de ontwikkelingen in de ambtelijke organisatie door gemeentesecretaris Martien van der Kraan. In zijn presentatie lichtte hij onder meer toe hoe het ambtenarenapparaat werkt voor en met de stad, dat met tijdelijk geld voor projecten meer ambtenaren voor Delft werken en dat diversiteit en inclusie belangrijke thema’s binnen de organisatie en op de werkvloer zijn.

Kijk de commissievergadering terug